Polyvagaal theorie: de invloed van ons zenuwstelsel
-
Test eerst hoe ontspannen je nek is
Draai je hoofd een kant op, zover als kan zonder dat het pijn begint te doen. Merk op hoe ver je komt.
Draai je hoofd dan de andere kant op en merk ook weer op hoe ver je komt zonder dat je jezelf forceert.
Vouw je handen in elkaar en leg ze achter je hoofd met je duimen naar beneden. Leg je duimen onder je schedelrand. Richt je gezicht naar voren en draai je ogen zover mogelijk naar rechts, zonder je hoofd te bewegen. Als je je een grote klok voor je gezicht voorstelt, kijk je naar vier uur. Houd je ogen zo vast tot er een reactie vanuit je lichaam komt. Misschien dat je begint te gapen, zuchten of je schouders zakken naar beneden. Deze reactie kan even op zich laten wachten dus houd je ogen zo'n minuut uiterst rechts zolang je niets merkt.
Wangen masseren
Pak je beide wangen tussen duim en wijsvinger (vingers gaan dus in je mond) en masseer zachtjes je wangen. Onderzoek hoe dat aanvoelt. Soms kom je 'triggerpoints' tegen: punten waar het iets pijnlijker is. Op die punten zit er spanning in je weefsel waardoor de doorbloeding minder goed is. Masseer die punten voorzichtig. Je zult merken dat de punten minder pijnlijk worden naarmate je ze vaker masseert.
Een paar minuten masseren is genoeg.
Haal je handen weg van je hoofd en draai je hoofd rustig de ene kant op en dan de andere kant. Observeer hoe ver je nu kunt draaien.
Het autonome zenuwstelsel is autonoom in de zin dat het werkt zonder aansturing van het brein. Het bestaat grofweg uit een gaspedaal waarmee je in actie komt: vechten of vluchten, en een rem waarmee je tot stilstand komt: ontspanning of breakdown.
Het 'gaspedaal' ofwel het sympatisch zenuwstelsel, lijkt in onze maatschappij overuren te maken. Steeds meer mensen ervaren problemen met stress en zelfs trauma's. De 'rem' - het parasympatisch zenuwstelsel - lijkt bij veel mensen geblokkeerd te zijn. Mensen slapen slecht en hebben vaak veel moeite om te ontspannen. Als de rem dan eens actief wordt is het met een noodstop in de vorm van dissociatie (je hebt geen contact meer met je lichaam en omgeving) of zelfs een burnout
Dr. Stephen Porges heeft veel onderzoek gedaan naar de zenuwen die het parasympatisch zenuwstelsel vormen. Die zenuwen zitten gebundeld in wat men noemt de 'nervus vagus' (zwervende zenuw). Een gezonde, actieve nervus vagus zorgt voor ontspanning en heeft daardoor een positieve invloed op ons welbevinden en immuunsysteem.
Ieder organisme heeft als eerste doel zichzelf en de soort te behouden. Overleven is het sterkste instinct dat in alle levende wezens is terug te vinden. Onze maatschappij is steeds veiliger geworden maar onze lichamen zijn niet zo snel mee geëvolueerd. Het autonome zenuwstelsel functioneert nog zoals duizenden jaren geleden passend was. Hoewel we geen risico lopen gepakt te worden door tijgers en we overal en nergens waarschuwingen voor krijgen als het riskant dreigt te worden, blijft ons zenuwstelsel altijd op de uitkijk naar gevaar. Zodra het lichaam oordeelt dat de situatie onveilig is maakt het zich op om te vechten of te vluchten. Spieren worden gespannen, het hart gaat sneller kloppen zodat er meer bloed naar de spieren kan gaan, de spijsvertering wordt stopgezet enz. Dit zijn allemaal instinctieve reacties die door het zenuwstelsel worden aangestuurd. Het logische verstand heeft hier niets over te zeggen.
Als het gevaar is geweken kan het lichaam weer ontspannen. De rem van de nervus vagus wordt zogezegd geactiveerd. Bij ontspanning komen er hormonen vrij waardoor we relaxed worden en behoefte krijgen ons te verbinden. Het zogeheten knuffelhormoon.
Als je in je jeugd weinig veiligheid hebt meegekregen heb je geleerd altijd te checken of je wel veilig bent en kreeg je weinig rust en geruststelling. Denk aan opgroeien in een ghetto waar je je leven niet zeker bent.
Het lichaam weet het verschil niet tussen een situatie die zich op het moment voordoet en een situatie die wordt herinnerd of ingebeeld. Dit kan in ons voordeel worden gebruikt: stel je maar voor dat je op een prachtige plek bent waar je totaal veilig bent en kunt ontspannen.
In de praktijk werkt het echter vaak tegen ons: we anticiperen op gevaar en daarmee worden we alert op alles wat dat gevaar aantoont.
Voor het lichaam is de gedachte aan een stresssituatie even erg als het verkeren in zo'n situatie.
Dit maakt het werken aan trauma's ook zo complex. Je ziet niet aan de buitenkant van iemand wat zijn gedachten doen.
In een gezonde situatie wisselen spanning en ontspanning zich af. Kinderen leren, als het goed is, dat ze spannende dingen kunnen doen en dat mama bemoedigend knikt als het net té spannend wordt. Het kind kijkt naar mama en krijgt de boodschap dat het veilig is. In zo’n situatie wordt de spanning binnen het lichaam afgewisseld met ontspanning die van buitenaf, door moeder, wordt gebracht. Als dit vaak gebeurt leert een kind ook zichzelf te kalmeren en gerust te stellen en zo steeds zijn grenzen wat op te rekken.
Vaak gebeurt het echter dat kinderen spanning opbouwen omdat iets eng is en ze niet worden gerustgesteld. Dit kan komen omdat er niemand is om ze gerust te stellen of degene waar ze steun vragen is zelf erg gespannen en straalt uit dat er gevaar heerst. In dat geval wordt het zenuwstelsel van het kind nog gespannener omdat ze een extra boodschap meekrijgen dat het niet veilig is. Onveilige situatie wordt op onveilige situatie gestapeld. ze blijven alert en gespitst op gevaar. Omdat het zenuwstelsel niet regelmatig tot rust komt, raakt het ‘overspannen’.
Als een boog constant is gespannen gaat op een gegeven moment de rek eruit. Dat gaat ook op voor het zenuwstelsel
Een van de beste manieren om te ontspannen is een fijn contact met een medemens of dier hebben. Maar… op het moment dat je gespannen bent en je lichaam klaar staat om te vluchten of vechten is er geen ruimte voor verbinding. Je zoekt naar tekenen van gevaar en ziet gevaar waar je dat normaal gesproken niet zou zien.
Als we gespannen zijn hebben we een kort lontje: iemand hoeft maar even iets verkeerd te zeggen en we reageren op een manier waar we later spijt van krijgen. Het lijkt alsof iedereen tegen jou is en het op je gemunt heeft. Constant voel je je dan aangevallen en dan is het natuurlijk niet veilig om je te verbinden. Je wilt jezelf beschermen en vaak lijkt de aanval de beste verdediging...
Hierdoor komen je relaties onder druk te staan en is het waarschijnlijk dat je verbinding met mensen gaat verliezen. Eenzaamheid is een grote stressfactor die mensen nog meer op hun hoede maakt waardoor ze steeds meer sociale contacten verliezen. Een negatieve spiraal dus.
Trauma gaat over verlies van verbinding; eerst het verlies van verbinding met je lichaam en jezelf en daarna het verliezen van verbinding met je omgeving en andere mensen.
Op het moment dat we ons verdedigen is er geen ruimte voor open nieuwsgierigheid. We zijn dan gespitst op gevaar en bereiden ons voor op het ergste. Als je erg gespannen bent krijg je misschien hartkloppingen zodra je ziet dat er een mail van het werk komt. Je verwacht meteen slecht nieuws en zet je schrap. In een ontspannen staat kijk je heel anders naar de mailmelding: je kunt dan nieuwsgierig zijn wat het mailtje gaat inhouden. Misschien krijg je wel een compliment?
Verbinden betekent nieuwsgierig zijn naar. Als je je verdedigt gedraag je je alsof je al weet wat er gaat gebeuren. En dat is zelden positief...
Prooidieren zoals herten die in kuddes leven, zijn er op gebouwd om elkaar in de gaten te houden voor tekens van onraad.Als een van de herten een roofdier bespeurt, geeft hij een signaal af naar de rest van de kudde, Waardoor de leden meteen alert worden. Zo zijn wij ook geconditioneerd om te kijken naar de signalen die de mensen in onze omgeving uitzenden over veiligheid.
Als we menen dat er gevaar is, stralen we dat onbewust uit en die signalen worden onbewust door de zenuwstelsels van anderen opgevangen. De nervus vagus heeft een verbinding tussen het hart en spieren in het hoofd. Stress en ontspanning bepalen hoe we kijken (gezichtsuitdrukkingen), luisteren (bij stress ben je minder gericht op het horen van spraak en meer op het horen van hoge en lage geluiden die op gevaar duiden) en spreken (stembanden worden meer gespannen).
Iets dat je associeert met gevaar noemen we triggers. Een glimmer is iets dat je juist associeert met veiligheid. Een trigger kan bijvoorbeeld een woord zijn zoals 'snotneus', dat woord kan een hele trits aan herinneringen losmaken die ervoor zorgen dat je systeem zich weer net zo onveilig voelt als toen het woord zijn kracht voor jou kreeg.
De naam van je geliefde kan een glimmer zijn omdat het noemen van de naam alleen je al het fijne gevoel brengt dat je bij die persoon ervaart.
Als vechten en vluchten niet mogelijk is reageert het zenuwstelsel door te bevriezen. Spieren verslappen (dit is de reden dat je het daadwerkelijk in je broek kan doen van angst); de zintuigen geven nauwelijks meer informatie door (pijn en angst worden minder sterk ervaren); het lichaam bereidt zich voor op een naderende dood.
Deze reactie kan zich ook voordoen als de situatie objectief gezien niet (meer) levensbedreigend is, bij mensen die last hebben van post traumatische stress. Zij gaan dissociëren, voelen hun lichaam niet meer en kunnen bijvoorbeeld flauwvallen
Het lichaam merkt dingen al op voordat er woorden aan gegeven worden. Je springt in een fractie van een seconde weg voordat je überhaupt beseft dat je dreigt te worden aangereden. Dat het zenuwstelsel iets registreert voordat het verstand het kan benoemen wordt neuroceptie genoemd.
Soms weet je iets zonder dat je kan zeggen waarom. Dat is ook neuroceptie. Onbewust scannen we altijd de mensen om ons heen om te zien of zij onveiligheid bespeuren. Denk aan een groep herten die staat te grazen. Alleen de herten aan de buitenkant van de groep hoeven de omgeving af te speuren op gevaar. De dieren die aan de binnenkant staan hoeven zich alleen te richten op het lekkere gras en of andere herten aangeven dat er gevaar dreigt. Zo is het dus ook met mensen. Hoewel wij niet in groepen grazen, zijn wij ook kuddedieren die nauwelijks kunnen overleven zonder groep.
Zonder het te beseffen stralen we uit als we ons onveilig en gespannen voelen. Via neuroceptie worden die signalen opgevangen door de zenuwstelsels van andere mensen. Zo kan het gebeuren dat ik me opeens onprettig voel en dan ga zoeken naar een verklaring om woorden te kunnen geven aan het gevoel. Empathie is dus niet iets magisch, het is jouw zenuwstelsel dat reageert op het zenuwstelsel van anderen.
Van hooggevoelige mensen is bekend dat ze erg alert zijn en snel overprikkeld. Wat is bij hun anders dan bij minder gevoelige mensen? Als je als kind niet hebt geleerd je eigen zenuwstelsel te kalmeren blijf je vaak rondlopen met teveel stresshormonen in je lichaam. Deze stresshormonen houden je alert: veel energie gaat naar je opmerkingsvermogen, je oren blijven (letterlijk!) gespitst en je ziet de kleinste details.
.